Toen we voor een weekendje weg met vriendinnen uitkwamen bij het Franse Lille (ook wel Rijsel) wist ik nog niet dat deze stad ook wel ‘Het kleine Parijs’ wordt genoemd. Het gaf me in elk geval meer vertrouwen over de bestemming, want ik had totaal geen idee wat ik van de stad moest verwachten. Meer dan genoeg, zo bleek. Vooral voor een Bourgondiër.
Met name kostentechnisch bleek Lille voor ons zeer aantrekkelijk; het is slechts 2,5 uur rijden vanaf Den Bosch. Via Airbnb vonden we een mooi appartement in hartje centrum (Rue de Paris) met één gratis parkeerplek. En zo vertrokken we op vrijdagochtend vol goede moed richting het zuiden.
Lille is zo’n stad die je eigenlijk direct haar schoonheid laat zien. Je hoeft niet eerst allerlei aftandse voorsteden door om de pracht en praal van het stadscentrum te ontdekken. Het appartement bleek een schot in de roos; in een mooi hoekpand naast een prachtige kathedraal, om de hoek bij allerlei bekende winkels en nog heel mooi en netjes ingericht ook. Na onze spullen te hebben gedropt, zijn we meteen de stad ingelopen.
1. Hahde
Vanuit hier kwamen we al direct op het bekende Place Gilleson (waar nog nooit een boom heeft gestaan!). Zoals al snel zou blijken, dient het plein als een soort centraal punt, van waaruit je alle aspecten van Lille kunt ontdekken.
Onmiskenbaar is de Bourgondische sfeer in Lille; overal waar je loopt zijn kleine bakkertjes, oude biercafés en verstopte restaurantjes. Maar zoals het toeristen betaamd, komen we voor onze eerste lunch van het weekend uit bij een simpele commerciële stek, een soort kaasrestaurant op de … Toch prima gegeten (een croque met brie) en een heerlijk wijntje erbij gedronken. En de tent zat stampvol met locals, dus dat moet een goed teken zijn.
We struinen verder langs wat winkeltjes en komen voor een late afternoon borrel wederom uit op het Place Gilleson. Ook hier zijn voornamelijk commerciële cafés te vinden (met grote glazen windschermen om het terras heen, je kent het wel), maar de zon schijnt er volop en de ober is aardig. Wat we jammer vinden, is dat op dit plein nog auto’s zijn toegestaan, het zou meer sieren als het helemaal volgezet zou kunnen worden met terrasjes.
2. Zango
Via TripAdvisor hebben we voor de avond gereserveerd bij restaurant Zango aan de Rue de Gand. We worden vriendelijk welkom geheten en aan een tafel op een soort vide neergezet. Het is er warm maar gezellig. De kaart geeft je de keuze uit tapas of volledige gerechten. We zijn allemaal niet in de stemming om te delen, dus ieder bestelt zijn eigen gerecht. Ik kom uit bij de tofu-burger (gewoon omdat ik daar zin in had) en die valt in de smaak!
3. Elizabeth’s
De volgende ochtend komen we in een van de leukste ontbijttentjes ooit terecht: Elizabeth’s aan de Rue Basse. Je kunt zowel boven als in de schattige kelder zitten, maar ook take away is mogelijk. De vitrine voor de toonbank ligt vol met zoete lekkernijen. Ik neem het ervan: een broodje zalm, chai latte en een chocolade shortbread. Ik heb zelden zo genoten van eten in de ochtend!
4. Bagelstein
Omdat we veel tijd kwijt zijn aan winkelen, nemen we een makkelijke lunch: een bagel bij Bagelstein. Het werkt ongeveer net zoals Subway: je kunt zelf de soort bagel kiezen en aangeven wat je wel en niet weg wilt laten. Ik koos er een met een mousse van tonijn en avocado. Geen spetter, maar een prima tussendoor-lunch.
5. Backhouse
Wederom via TripAdvisor reserveerden we een tafel (voor 6 personen) bij restaurant Backhouse. We kwamen aan in een op het oog kleine bar waar volop gekletst en gedronken werd door jonge locals. Schijn bedroog echter: de bedrijfsleider ging ons voor naar onze tafel… Op de vierde verdieping. Elke verdieping kent zo zijn eigen inrichting, de bovenste is vooral bedoeld voor grote groepen. In eerste instantie worden we snel geholpen door een jonge ober die onze wijn en de door ons bestelde kaas- en vleesplanken komt brengen. Omdat hier voornamelijk kleine hapjes op de kaart staan, willen we meerdere rondes bestellen en lekker de hele avond tafelen. Maar dat hebben ze niet helemaal begrepen. We worden heel onbegrijpend aangekeken als we nog een bordje met tapas bestellen en een nieuwe fles wijn laat meer dan een half uur op zich wachten. We worden vervolgens verzocht om te betalen en te vertrekken omdat een volgende groep staat te wachten. Uiteindelijk zijn we eigenwijs, doen of we gek zijn en blijven zitten. Als we het later beneden aan de bedrijfsleider uitleggen (dat wij een tafel hadden gereserveerd en dachten met onze reserveringstijd van 20.00u wel te kunnen blijven zitten), knikt hij begrijpend en geeft ook nog een fikse korting. Backhouse is leuk als je met je vrienden vooral bier wilt drinken en tussendoor even snel aanschuift aan tafel voor een hamburger of wat tapas om vervolgens weer aan het bier te gaan. Dan zijn de simpel gemaakte hapjes ook prima te pruimen.
6. Le Petit Barbue D’anvers
Onze laatste uurtjes in Lille zijn aangebroken. Met een licht brak hoofd van de stapavond daarvoor, lopen we naar het biologische ontbijtzaakje waar we hebben gereserveerd. Eenmaal daar aangekomen blijkt het niet alleen heel muffig te ruiken maar blijkt de zaak ook geen terras te hebben, terwijl de zon voor het eerst dat weekend een beetje schijnt. We besluiten dus verder te kijken. De meeste van ons zijn stiekem opgelucht want eigenlijk hebben we gewoon zin in een simpele maar goed vullende omelet. Gek genoeg blijkt dat moeilijk te vinden. Na veel heen-en-weer geloop en na aangeschoven en toch weer opgestaan te zijn bij een Italiaan, ploffen we neer op het terras van Le Petit Barbue D’anvers, op een mooi ‘Downtown Abbey’-achtig stukje Lille. Het maakt ons eigenlijk al niet eens meer uit wat we er op de kaart staat, als het maar eten is. Onze vreugde is dan ook groot als er veel lekkere en herkenbare gerecht op de kaart staan. Twee van ons bestellen een steak tartare met friet (die erg in de smaak valt), de anderen gaan voor een caesar salade en daarbij een soort kaaskroketjes. Echt geen top culinair niveau, maar het smaakt ons heerlijk!
